Partij Vrij Almelo
Dicht bij de burger
Woonwagens: van uitsterf- naar uitstelbeleid
Categories: Zonder rubriek

Iedereen heeft wat de Partij Vrij Almelo betreft een dak boven zijn hoofd. In een al te krappe woningmarkt, zullen we vandaag in het bijzonder stilstaan bij woonwagenbewoners.

Het eerste woonwagenbeleid in Nederland is de Woonwagenwet uit 1918. Door deze wet werd het mogelijk om het aantal woonwagens af te remmen en de vrijheid voor het plaatsen van een woonwagen te beperken. In de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw werd het rondtrekken vrijwel helemaal onmogelijk gemaakt door een aantal wetswijzigingen. Woonwagenbewoners werden bij elkaar geplaatst in ongeveer 50 grote regionale kampen. Het doel daarvan was om het welzijn van de bewoners te bevorderen en hen als aparte groep met eigen voorzieningen te helpen.

Halverwege de jaren 70 van de vorige eeuw werd landelijk geconstateerd dat dit systeem niet goed functioneerde. Het beleid richt zich vanaf dat moment op normalisatie en deconcentratie. Het rondtrekken werd verboden en er werden verschillende kleine locaties opgericht. In de jaren ’90 is het beleid rond woonwagenbewoners verder afgebouwd en in 1999 is de laatste Woonwagenwet ingetrokken. Vanaf dat moment worden woonwagenbewoners gezien als “gewone burgers”.

In 2014 werd de woonwagencultuur aangemerkt als immaterieel cultureel erfgoed. Ook zijn er gerechtelijke uitspraken, bijvoorbeeld door het Europees Hof van de Rechten van de Mens, die het belang van de cultuur van woonwagenbewoners bevestigen.

Gemeenten, dus ook Almelo, mogen geen uitsterfbeleid of afbouwbeleid meer voeren dat gericht is op vermindering van het aantal woonwagenstandplaatsen. Dat stelt het College voor de Rechten van de Mens in een advies aan het ministerie van Binnenlandse Zaken. De gemeente Almelo stelt daarbij een aantal eisen. Om een woonwagenplek te krijgen moet aan 2 voorwaarden worden voldaan: U heeft de afgelopen 10 jaar in Almelo gewoond. U heeft 1 of 2e graads familie die op dit moment op een woonwagenplek in Almelo woont. Een eerste- of tweedegraads familielid is bijvoorbeeld een ouder, kind, broer, (schoon)zus, grootouder of kleinkind.

Het gemeentebestuur heeft na behoefteonderzoek bepaald dat er twaalf nieuwe standplaatsen nodig zijn in de stad. Maar het gaat nog jaren duren. Oud-woonwagenbewoners die zitten te popelen om weer in een wagen te wonen, moeten geduld hebben.

We kunnen tot maar één conclusie komen. Hoe er jarenlang stelselmatig met woonwagenbewoners is omgegaan… daar lusten de honden geen brood van.

Harry de Olde

Mensenrechten en woonwagencultuur

Woonwagencultuur – Immaterieel Erfgoed

WONEN OP WIELEN OF OP WATER

Motie woonwagenstandplaatsen 13 juli 2023

Na jarenlang (wegpest)beleid een eigen woonwagen?

Foto’s Partij Vrij Almelo

Stem of voeg toe aan:

Comments are closed.